Travels
Return to overview
Reisverslag: Sappada 06/2008 - 1
Reisverslag van de motorreis naar Sappada (It) vanuit de bus.
Voor het eerst ben ik meegeweest op een reis georganiseerd door Teo Lamers Motorrijwielen uit Nijmegen. Ik moet zeggen: het was een hele belevenis die ik volstrekt anders had ingeschat dan de reis in het echt was. Mee op de bus (lees:bezemwagen) in gezelschap van mijn jongste zwager en steunpunt op de hele reis, Ronald Klok.
Dag 1.
Na wat kleine strubbelingen vooraf in Nijmegen, olielekkage 2x, lekke ventieldop, Geert rugzak vergeten (was dat vorig jaar ook niet het geval??) konden we gaan.Pas voor Keulen zagen we het eerste groepje, ze waren ook weer snel uit het zicht verdwenen, want file. En nee, dames en heren motorrijders, het is in Duitsland verboden om tussen de file door te rijden. Maar om kwart over elf was het zover, we waren op weg naar Waldbröhl en daar was Harry Brouns achter op de motor van Leon Tiebosch gereden op een wel heel ongelukkig stukje weg, vlak na een onoverzichtelijke bocht en vlak voor een stoplicht.Afstand houden, heren!!! Kapotte koffier in de bus geladen en doorgereden.Bij de cappucino in Weinhaus Treis ongeveer 10 km voor Nassau was het weer raak. De ontsteking van de motor van Adrie Pelt had het begeven maar Ronald had een andere bij zich. Na reparatie weer op weg. Verder geen problemen die eerste dag.
Dag 2.
Het leek er op dat het goed weer werd. De temperatuur was aangenaam en we gingen welgemoed op weg. Maar de vreugde duurde niet lang, het ging regenen en niet zo zuinig ook. Met bakken kwam het uit de hemel, Ronald en ik keken elkaar aan en zeiden dat de nodige krachttermen wel zouden vallen, maar om kwart over elf kwam het zonnetje er weer door. Het noodlot echter had over deze dag ook anders gedacht. Toen we bij een benzinestation van een 'bakkie' genoten in Schwäbisch Gmünd kwam de melding dat Rob Schoots een ongeluk had gehad in diezelfde plaats. Teruggereden naar de plaats des onheils waar Rob al in de ziekenwagen lag en met een enkelbreuk afgevoerd werd naar de Stauffer Kliniek in Muttlingen (vlakbij Schwäbisch Gmünd).Ronald zette de motor van Rob in de bus, de maat van Rob, Antoon Blokwijk reed verder met Leon Tiebosch. Peter van de Ven, die ook in dat groepje zat, ging ook naar het ziekenhuis voor het regelen van de administratieve rompslomp. Ook wij gingen naar het ziekenhuis want we moesten weten wat te doen met de motor van Rob want met vier motoren in de bus wordt dat ding veel te zwaar. Samen met Peter in het ziekenhuis geluncht want er moest lang gewacht worden op de uitslag. Bevestigd werd dat het inderdaad een breuk was en dat hij geopereeerd moest worden. Ik nam contact op met de ANWB over zijn motor en er werd geadviseerd om zijn motor bij de ADAC te stallen ter afwachting van repatriëring; over repatriëring van Rob zelf werd nog niets besloten, eerst maar de operatie afwachten. Toen we tegen drieën het ziekenhuis verlieten brachten we eerst de motor bij de ADAC en zijn daarna op de snelste manier met behulp van Truus naar Oostenrijk gereden.Vette pech voor Rob!!
NB. Pas in Sappada hoorden we dat hij ook nog twee ribben had gebroken en pas op dag 8 (maandag) naar huis zou worden gebracht.
Dag 3.
Welgemoed op weg en we hadden al tien kilometer achter de kiezen toen we het groepje van Wil Nijhof zagen. Wat er nou precies mis was heb ik in de gauwigheid niet meegekregen, maar het had iets met de bobine te maken. (Geen idee waar dat nou voor dient). En het werd hoe langer hoe warmer.Na een half uur konden we onze weg weer vervolgen maar het was of de duvel er mee speelde want later was diezelfde Wil zijn olieplug van het cardan verloren. Even hebben we overwogen om hem lopend terug te sturen om die dop dan maar te gaan zoeken maar Ronald streek met de hand over zijn hart en bedacht een oplossing. Daarna over de Gross Glockner. Heel indrukwekkend, ik was er nog nooit geweest en Ronald dacht kennelijk dat ik het dan maar meteen goed moest zien en zetten koers naar de Franz Josephshöhe; ik moest wel even slikken op dat smalle klinkerpaadje, maar het uitzicht was de moeite meer dan waard.Halverwege de middag was het Martijn die zo nodig olie moest gaan peilen en bijvullen. Heeft 'ie dagenlang moeten horen!!!
Dag 4.
Maar ook op dag 4 moest er worden gesleuteld want een achterwiellager van Tanja's motor moest worden vervangen. Ronald aan het werk en wel acht man er omheen die toekeken. Ronald stoort zich daar trouwens nooit aan, werkt rustig door en klaart de klus.
Dag 5.
Een heerlijke tocht gemaakt samen met Ronald en Adry naar Cortina d'Ampezzo.Adry op zijn eigen motor en ik bij Ronald op de California uit de bus.Genoten!!
Dag 6.
Gewandeld en er een rustige dag van gemaakt. De temperatuur bleef maar stijgen, de dagen in Sappada waren voorzien van temperaturen van meer dan dertig graden.
Dag 7.
Na de gebruikelijke groepsfoto konden we vertrekken. We dachten slim te zijn door de lus die via Cortina d'Ampezzo liep af te snijden maar dat hadden we beter niet kunnen doen. Toen we tegen tienen aan de espresso zaten kwam een telefoontje van Adrie Pelt dat de motor van Wil een lekke band had. Tachtig kilometer terug dus. De band hadden ze al geplakt (toch wel handige jongens) en Ronald begon met oppompen. Na twintig minuten maar een andere binnenband ingezet. Oppompen en klaar. Gelukkig kunnen Adrie en Wil het achterwiel zelf monteren. Wat ik al zei: handige jongens!! Tegen tweeën weer op pad. Deze dag reden we over de Timmelsjoch en voor mij was dit het hoogtepunt van de reis. Ten eerste de weg erheen en ten tweede vond ik het nog mooier dan de Gross Glockner. Maar we waren er nog niet, om half acht ('s-avonds!!!) werd gebeld dat Rien Donkervoort met stukken stond, twintig kilometer achter ons terwijl wij dachten dat we echt de laatsten waren. Niet dus!! Een motor die echt helemaal niks meer deed, lege accu, enzovoort.Terug maar weer, en terwijl ik het verhaal hoorde waarom ze zo laat waren (kwestie van een rugzak en dat komt me bekend voor) had Ronald de motor al gerepareerd. We konden nog niet met de ogen knipperen en de zaak was al klaar. Toen Truus maar aangezet die ons op de meest snelle manier naar Schwangau bracht waar we om ongeveer 10 uur zouden arriveren. Martijn zou regelen dat we dan nog iets te eten zouden krijgen (we waren trouwens niet de enigen die laat waren, Rien en zijn maat zaten maar 5 minuten voor ons en het groepje van Wil en Adrie was ook laat gearriveerd.) Deze dag hadden we 600 kilometer achter de kiezen.
Dag 8.
Gisteren hoorden we van Jan de Vries dat er met zijn motor iets mis was.Vanmorgen heeft Ronald gekeken en de uitslag was dat de kruiskoppeling stuk was en hoe hij het voor elkaar krijgt weet ik niet maar ook dat probleem was snel verholpen, in één uur en drie kwartier: volgens mij een wereldtijd. Om kwart voor tien zaten we weer in de bus. Tegen twaalf uur zeiden Ronald en ik tegen elkaar dat het wel erg stil was, lekker rustig en zo. Fout natuurlijk, dat is de goden verzoeken maar het was gelukkig niets ernstigs.Bij Gerstetten stond een hele groep en weer was het Rien, gisteren lege accu, vandaag lege tank. Hij had twee flesjes benzine gescoord bij de een of ander maar na vijf kilometer stond hij weer stil, Ronald heeft hem toen maar geholpen met wat meer benzine.
Dag 9.
Om kwart over negen vertrokken want het duurt altijd even voor iedereen zo ver is. De laatste klus van deze reis was een veertje van de accelleratiepomp dat stuk was. Wat Ronald nu eigenlijk gedaan heeft weet ik weer niet (ik heb geen technisch geheugen) maar als ik het goed gehoord heb heeft hij het geheel verwijderd. Bij wie zegt U?? Bij de motor van Wil natuurlijk. Op deze reis was hij onze topklant.
Nieuw motto voor Teo Lamers motorrijwielen : EEN DAG NIET GESLEUTELD IS EEN DAG NIET GELEEFD
Conclusie
Ik kan slechts voor mijzelf spreken maar ik heb het ondanks een paar strubbelingen erg naar mijn zin gehad. De saamhorigheid was groot, de humor lag op straat en de groep was hecht. Martijn was de kleefpasta in het geheel, streek ruwe kantjes glad en regelde veel dingen. Dank Martijn.
Maar meer nog gaat mijn bewondering uit naar Ronald. Ik ken hem nu al vele jaren maar zag hem nog nooit in actie als monteur en gezegd moet worden dat hij de juiste instelling heeft om mee te gaan op reizen zoals deze. Hij is gezegend met een goed gevoel voor humor, zorgt voor adequate oplossingen en is een kundig monteur. Ik vond hem een heel plezierige reisgenoot. Dank je wel Ronald.
Kitty Karis